Woontevredenheid in Europees perspectief

INGE HENDRIKS & JORNT MANDEMAKERS | 6 december 2024 | DEMOS jaargang 40, nummer 10 - november/december 2024
Nederlanders blijken tevreden over de woning waarin zij wonen. In vergelijking met andere Europese landen scoort Nederland zelfs relatief hoog. Ondanks deze hoge woontevredenheid zijn er verschillen zichtbaar in zowel Nederland als andere Europese landen; jongeren zijn minder tevreden dan ouderen en mensen met een partner zijn tevredener dan alleenstaanden.

De Nederlandse woningmarkt wordt momenteel geplaagd door een tekort aan passende en betaalbare woningen. Jongeren blijven soms noodgedwongen thuis wonen, jonge gezinnen lijken minder kinderen te krijgen vanwege de hoge huizenprijzen, en ouderen lukt het niet altijd om door te schuiven naar een woning die beter aansluit bij de behoeftes op de oudere dag.

Hoewel de krappe woningmarkt veel invloed heeft op de levens van mensen die het niet lukt om een passende woning te vinden, wordt niet iedereen direct hierdoor geraakt. Omdat er relatief weinig bekend is over de woontevredenheid in Nederland in relatie tot andere Europese landen, analyseren we gegevens van de Generations & Gender Survey en vergelijken we Nederland met een aantal Europese landen (zie kader). Hierbij kijken we naar verschillende leeftijdsgroepen en geven we inzicht in hoe woonbelevingen verschillen over de levensloop. Om meer inzicht te krijgen in hoe woontevredenheid samenhangt met hoe men woont, kijken we tevens naar de verschillen naar samenstelling van het huishouden apart voor (bijna) twintigers, dertigers en veertigers.

Nederlanders zijn relatief tevreden, maar ouderen meer dan jongeren

Wanneer men in Nederland wordt gevraagd naar hoe tevreden men is met de woning zien we dat men een relatief hoog ‘rapportcijfer’ van 7,9 geeft op een schaal van 0 tot 10 (figuur 1). Van de overige landen in deze studie scoren Tsjechië en Finland iets hoger dan Nederland, en Oostenrijk scoort het hoogst (8,3). Andere Europese landen scoren lager. Duitsland en het Verenigd Koninkrijk scoren beide gemiddeld een 7,5 – de laagste score van alle landen in deze studie. Al wordt het Duitse gemiddelde wellicht gedrukt doordat de groep vijftigers – die relatief hoog scoren – niet in de Duitse steekproef zit.

Figuur 1. Woontevredenheid (schaal 0-10) naar leeftijd in verschillende Europese landen, 2020-2023

Uit figuur 1 komen duidelijke verschillen tussen de verschillende leeftijdsgroepen naar voren. In Nederland zijn (bijna) twintigers (18- tot 29-jarigen) het minst tevreden (gemiddelde van 7,7), gevolgd door de dertigers (7,8), terwijl de veertigers net iets hoger scoren (7,9) en de vijftigers het meest tevreden zijn (8,2). Deze stapsgewijze toename in tevredenheid naar leeftijd is zichtbaar in het merendeel van de landen, al zijn de verschillen tussen de leeftijdsgroepen in landen als Denemarken, Oostenrijk en Tsjechië groter dan in Nederland, terwijl het contrast tussen de leeftijdsgroepen in Estland juist kleiner is.

Hogere woontevredenheid onder stellen ten opzichte van alleenstaanden

Figuur 2 geeft meer inzicht in hoe de leeftijdsverschillen in woontevredenheid gerelateerd zijn aan de samenstelling van het huishouden waarin iemand woont. In deze figuur is de gemiddelde woontevredenheid voor (bijna) twintigers, dertigers en veertigers apart weergegeven voor verschillende huishoudvormen – personen die thuiswonend met ouder(s) wonen, alleenstaanden, personen met partner, en overige huishoudsamenstelling (bijvoorbeeld met vrienden of in een studentenhuis). Om het overzichtelijk te houden, zijn in deze figuur enkel de resultaten van Nederland en de buurlanden Duitsland en het Verenigd Koninkrijk opgenomen.

Figuur 2. Woontevredenheid (schaal 0-10) naar huishoudsamenstelling en leeftijdsgroep in verschillende Europese landen. (Percentage personen per huishoudsamenstelling naar leeftijd en land weergegeven in de balkjes).

Uit figuur 1 bleek dat de jongste leeftijdsgroep het minst tevreden is met de woning. Van de groep (bijna) twintigers (18-29 jaar) woont in Nederland ongeveer een derde nog thuis. Opvallend genoeg is juist deze groep een stuk tevredener over de woning dan leeftijdsgenoten die zelfstandig wonen als alleenstaande of samen met een partner. Gemiddeld geven thuiswonenden in Nederland ‘hotel mama’ een 8,1, al is de vraag hoe bestendig deze woonsituatie voor de betrokkenen op de langere termijn is. De groep woonachtig in een andere huishoudsamenstelling is het minst tevreden (7,1). Ook in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk wordt ‘hotel mama’ in die leeftijdsgroep het best gewaardeerd.

Als we kijken naar de dertigers en veertigers dan woont in alle drie de geselecteerde landen het overgrote deel zelfstandig als alleenstaande of met een partner (rond de 90%). Stellen zijn een stuk tevredener met de woning dan alleenstaanden. Alleenstaande dertigers scoren in Nederland ongeveer 0,8 punt lager dan personen die met een partner wonen, onder de veertigers neemt het verschil iets af tot 0,6 punt. Ook in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk ligt de woontevredenheid van alleenstaanden beduidend lager dan die van mensen met een partner. Terwijl onder 18- tot 29-jarigen in Nederland en Duitsland alleenstaanden en samenwonenden weinig verschillen in tevredenheid, zijn in het Verenigd Koninkrijk alleenstaanden beduidend minder tevreden dan mensen met een partner. Verder zien we dat de tevredenheid van dertigers die samen met ouders wonen een stuk lager is dan onder de groep twintigers in Nederland (daalt van 8,1 naar 7,4). De tevredenheid van personen in een andere huishoudsamenstelling neemt wat toe met de leeftijd. Het deel van de bevolking van de dertigers en veertigers dat met ouders of in andere huishoudsamenstelling woont vormt echter een relatief kleine groep.

Conclusie

Hoewel de krapte op de woningmarkt niet van het nieuws weg te slaan is, laat deze studie zien dat deze problemen niet iedere Nederlander raken. Over het algemeen is men in Nederland relatief tevreden over de woning waarin met woont. In vergelijking met andere Europese landen is de woontevredenheid in Nederland zelfs relatief hoog. Desalniettemin zijn er verschillen zichtbaar in Nederland in de mate van tevredenheid over de woning. Jongeren zijn minder vaak tevreden dan ouderen. Dit betreft met name jongeren die het ouderlijk huis (reeds) hebben verlaten. Ook blijkt dat alleenstaanden minder tevreden zijn dan mensen met partner. Al is dit verschil niet aanwezig onder twintigers. De patronen die we zien blijken niet uniek te zijn voor Nederland. De hogere mate van woontevredenheid onder ouderen en stellen is ook in andere Europese landen zichtbaar. Daarmee geeft deze studie enerzijds een relativerend beeld met betrekking tot de algehele woontevredenheid in Nederland, maar onderstreept anderzijds ook sociale verschillen in woontevredenheid. Ondanks de relatief hoge woontevredenheid in Nederland, is het wel van belang oog te blijven houden voor degenen voor wie dit niet opgaat en die direct worden geraakt in het dagelijks leven door de problemen op de woningmarkt.

Inge Hendriks, NIDI-KNAW / Rijksuniversiteit Groningen
Jornt Mandemakers, NIDI-KNAW / Rijksuniversiteit Groningen, e-mail: mandemakers@nidi.nl

Literatuur

KNAW Logo
Cookie consent
This website makes use of third party cookies for traffic analysis. Privacy statement.